Terug naar toen: Prikkeldraad

Opvang van Belgische vluchtelingen in barakken aan de Christinalaan, 1914-1918. Beeldcollectie RHCe

Op 11 november 1918, kwam er officieel een eind aan de Eerste Wereldoorlog. Vanaf 11:00 uur die ochtend werden alle gevechtshandelingen gestaakt. Om twee minuten voor elf sneuvelde in de buurt van Mons in België nog een Canadese soldaat. Ruim negen miljoen militairen hadden het leven gelaten in een krankzinnige oorlog, waarin naast eeuwenoude gevechtstechnieken en dito materiaal steeds meer modern en dodelijk wapentuig opdook zoals vliegtuigen, tanks en mosterdgas.

Ook werd toen voor het eerst in een oorlogssituatie prikkeldraad gebruikt: Bij de loopgraven aan het westelijk front en langs de ongeveer 450 kilometer tellende Belgisch-Nederlandse grens; ‘De Draad’.

De Draad werd in 1915 aangelegd door het Duitse leger om te voorkomen dat deserterende militairen naar het neutrale Nederland zouden vluchten, om een eind te maken aan spionage- en smokkelpraktijken en om oorlogsvrijwilligers uit Engeland en Nederland tegen te houden. Op De Draad stond een dodelijke 2.000 volt. Ruim 1.200 mensen vooral Belgen en Duitsers maar ook Russen en Nederlanders stierven door deze draad, meestal door elektrocutie. Anderen werden doodgeschoten door patrouillerende Duitsers bij pogingen De Draad te slechten.

Door de neutraliteit van Nederland bleef de oorlog voor Eindhoven op veilige afstand. Toch kwam het oorlogsgeweld soms angstaanjagend dichtbij. Het gebulder van de kanonnen was soms tot in Eindhoven te horen.