Spoken Driesken
De winteravonden waren vroeger dé momenten om elkaar verhalen te vertellen.
Zo zijn er van generatie op generatie veel oude vertellingen overgeleverd. In de boerderijen en huizen rond de Peel was het niet anders. Het mysterieuze moeras leverde zelf ook genoeg inhoud aan die verhalen. Dwaallichtjes, witte wijven, aardmannetjes en weerwolven bijvoorbeeld zijn het onderwerp van vele Peelsagen. Ook de omgeving van de Peel gaf veel voer voor vertelsels. Een plek tussen de dorpskom van Liessel en de Liesselse Peel gaf aanleiding tot de sage van “Spoken Driesken”.
Langs de weg van Liessel naar het Sloot lag temidden van hoge akkers een veel lager gelegen weilandje, een drieske. Volgens overlevering zou dit zo laag liggen, omdat het ooit was uitgegraven voor de bouw van het Blokhuis. Sindsdien is dit de plek geweest waar komende grote gebeurtenissen voorspeld konden worden. Zo brak niet lang nadat de Liesselse nachtwacht ter plekke een visioen had de Tachtigjarige Oorlog uit. Want wat had hij gezien? Door de lucht zwevende soldaten met hun legerwagens, die neerdaalden op “Spoken Driesken”. Uit de geschiedenisverhalen die we op school gehoord hebben, weten we allemaal, dat de Tachtigjarige oorlog veel soldaten naar de Nederlanden voerde, ook naar onze Peelregio. Daarover bevatten de archieven van de Peelgemeenten volop informatie.
Enkele eeuwen later overkwam de klepperman eenzelfde belevenis. Op een mooie zomernacht zag hij een heel leger uit de lucht neerdalen. De soldaten sloegen op “Spoken Driesken” hun bivak op. ’s Morgens was dit alweer opgebroken en waren de soldaten verdwenen. Kort daarop trokken de Franse legers door onze streken en op basis van vrijheid, gelijkheid en broederschap plantten ze op het marktveld de vrijheidsboom.
Voor het volgende en ook laatste visioen bij “Spoken Driesken” duurde het niet zolang als tussen de Tachtigjarige Oorlog en de Franse Tijd. In het midden van de negentiende eeuw kwam op een avond kwezelke Thijsen-Graarden-Betten-Toonen-Willemen-Peternelleke van het Sloot. Met haar kapmantel om en daaronder de paternoster in haar hand wandelde ze langs het “Spoken Driesken”. Opeens zag ze uit de lucht herauten met hun paarden neerdalen. Op hun trompetten bliezen ze het “verzamelen”. Welke belangrijke gebeurtenis voorspelde het visioen van Peternelleke? In Italië streed paus Pius IX tegen koning Victor Emanuel II en diens bondgenoot Garibaldi om zijn kerkelijke staat overeind te houden. Hij riep katholieke mannen op naar Rome te komen om als zouaaf voor hem mee te strijden. Ook uit de Peelstreek werden er velen zouaaf.
Belangrijke gebeurtenissen kwamen hierna nog steeds voor, met als belangrijkste de Tweede Wereldoorlog, maar ze zijn niet meer aangekondigd door visioenen bij het “Spoken Driesken”. De traditie wil namelijk dat er op de bewuste plek geen huis gebouwd mag worden. Gebeurt dat wel, dan blijven visioenen uit. Ook in Liessel waren er die zich niets gelegen lieten liggen aan de traditie en de ervaringen uit de vorige eeuwen. Thijsen Toontje en Gielens Nol bouwden aan het eind van de negentiende eeuw langs de weg op het “Spoken Driesken” hun winkelhuisjes en zo bleven visioenen voortaan uit.
De gevelsteen van het Liesselse Blokhuis.
Het Blokhuis heeft er echt gestaan. Hoe het er uit heeft gezien is niet bekend. Architect Cor Roffelsen maakte er ooit een fantasie-tekening van. Vermoedelijk heeft het versterkte huis er heel anders uitgezien. Mogelijke archeologische resten kunnen hier meer duidelijkheid in brengen. Buiten de naam en de sporen, gevonden in archieven en op kaarten, is een gevelsteen het enige dat er van het Liesselse Blokhuis over is. De steen werd ingemetseld in de gevel van een pand in de Ameidestraat in Helmond, op de hoek met de Zuid-Koninginnewal en is daar nog steeds te zien. Er staan meerdere familiewapens op afgebeeld. In het midden de kwartierstaat van Hendrik van Doerne, die het Blokhuis in leen had van de hertog van Brabant; er omheen de wapens van onder anderen Van Doerne, Van Vladeracken, Van Eijck en Van Berckel. Boven de kwartierstaat een adelaar die in zijn klauwen gekroonde zuilen klemt, met eronder het devies “plus ultra”. De steen draagt het jaartal 1574. Het Blokhuis zelf is veel eerder gebouwd als onderdeel van de verdedigingslinie van Brabant tegen invallen van Gelre. Niet ver van het Blokhuis in Liessel stond er ook een op het Astense Leensel. In de volksmond heette het Liesselse Blokhuis “het Sloot”.