Brand in de Molenstraat
Op 5 mei 1923 had een relatief kleine brand in Helmond grote gevolgen. Onderstaande foto toont een vertrek van het huis Molenstraat 31 waar de brand heeft plaats gehad. Links staat een wiegje en rechts een kachel. Naast de kachel is op de muur een kruisje getekend. Op de plaats van het kruisje stond een turfkist met daarop een gasbrander. Op deze gasbrander stond soep te trekken. Vermoedelijk is de rubber gasslang in aanraking gekomen met het vuur waardoor de turf in de kist is gaan smeulen. De hitte heeft de verf van de deur naar de voorkamer gebladderd en de gordijntjes aan de voorkant van de kachelschouw is zwart geworden, evenals de muur waartegen de turfkist stond. Het lijkt allemaal niet zo erg. Een klein binnenbrandje. Zo lijkt het tenminste.
De smeulende turf veroorzaakte echter een verstikkende rook. En in het huis waren drie kinderen alleen thuis. Hun vader, Hendrikus van der Kruijs, was aan het werk als spoorwegbeambte. Hun moeder was even boodschappen doen. Een voorbijganger zag die zaterdagavond om tien uur een rossige gloed, maar vooral een dikke rookwolk. Hij bonkte op de deur en toen hij geen gehoor kreeg sloeg hij de ramen in. Enkele toegesnelde buren lukte het om via de achterkant binnen de komen en het brandje te blussen met enkele emmers water. Door de rook die in de woning hing, moesten ze het pand snel weer verlaten. Op dat moment kwam de heer Van der Kruijs terug van zijn werk. Toen de buren niet konden vertellen waar de kinderen waren, rende hij naar binnen. In het vertrek waar de brand was geweest haalde hij zijn jongste kind uit de wieg die links op de foto te zien is. Hij bracht het kind naar zijn moeder die vlak bij woonde. De buren haalden in die tijd de twee andere kinderen die in de voorkamer sliepen uit het huis. De drie kinderen bleken allen door verstikking om het leven te zijn gekomen. Ze waren respectievelijk drie, twee en een jaar oud. Het gezin Van der Kruijs kreeg in Helmond nog twee dochtertjes voordat het in 1928 naar Oudenbosch verhuisde.
Op diezelfde dag verloor nog een Helmonder het leven. Het was die vijfde mei voor de tijd van het jaar zeer heet. Enkele jongeren gingen ’s middags zwemmen in het Buijsmansven onder Nuenen. Toen ze nog maar korte tijd aan het zwemmen waren zonk een van hen plotseling naar beneden. Zijn kameraad trachtte hem te redden, maar moest de pogingen staken en moest uiteindelijk zelf door omstanders met behulp van stokken uit het water worden gehaald, anders was hij zelf ook verdronken. Uiteraard verbindt de Zuidwillemsvaart, de krant waarin een verslag staat van het ongeval, een waarschuwing aan het verslag. “Moge deze treurige gebeurtenis eenen waarschuwing zijn, om niet lichtvaardig te gaan zwemmen in waterplassen, welke somtijds geheel onbetrouwbaar zijn.”
Bron: Regionaal Historisch Centrum Eindhoven.