Terug naar toen; Germaanse brozems
Wederom hebben we mogen genieten van een lang weekend. Het was immers het hoogfeest van Pinksteren. Behalve dat de christenen dan gedenken dat de Heilige Geest neerdaalde over Jezus zijn discipelen is het ook een gelegenheid om te genieten van een lang weekendje weg. Onze oosterburen trekken graag naar het Noordzeestrand getuige het groot aantal auto’s met Duitse kentekens op ’s heren wegen richting de kust.
In de jaren zestig waren de Nederlandse grenssteden echter ook een populaire bestemming, met name onder de Duitse jeugd die en masse de grote industriesteden in het Roergebied ontvluchtten. Naar verluidt deden de jonge Germanen dat op snelle brommers. Op zoek naar avontuur en romantiek, naar Schöne Mädel die gehuld in frivole petticoat op de buddy-seat wilden plaatsnemen voor een toertochtje en stiekem hopend op een amoureuze tussenstop ergens in de groene omgeving van Eindhoven. Bezorgdheid was er daarom ook. De jongemannen overnachtten bij voorkeur in een tentje of namen met nog minder genoegen, een droge sloot bijvoorbeeld, in de buurt van het Beatrix- of Wilhelminakanaal. En degene die ’s ochtends vroeg een wandeling in die contreien maakte ontwaarde er behalve de brozems ook jonge meisjes. Een zorgelijke situatie, aldus de correspondent van het lokale nieuwsblad die duidelijk begaan was met de eerbaarheid van de jongedames en pleitte daarom voor het ingrijpen door hogerhand. De katholieke kerk had eerder al een postercampagne aan de gevaren van vakantievieren gewijd: Geniet van den zomer, geniet van zon, land en water: God heeft ze ons gegeven; maar weiger fier mee te doen met alles want ons volk zedelijk verwildert!