Kirsten Vlieghuis, talentvol werkpaard
Kirsten Vlieghuis werd geboren in Hengelo (17 mei 1976) en groeide op in Borne. Ze brak internationaal door bij de Europese Jeugdkampioenschappen zwemmen in Antwerpen 1991.
In Antwerpen behaalde ze goud op de 400 en 800 meter vrije slag. Op dat moment was Kirsten nog lid van zwemvereniging Arke de Dinkel uit Denekamp. Op haar achttiende vertrok ze naar PSV in Eindhoven.
Op de Olympische spelen van 1996 in Atlanta behaalde Kirsten twee bronzen medailles op de 400 en 800 meter vrije slag. Op de Olympische Spelen van 2000 in Sydney kon ze deze prestatie niet evenaren.
Kirsten was een talentvol werkpaard. Zelf zei ze hierover: “Van jongs af aan was ik een talent. Toen ik 14 jaar was, werd ik al Europees kampioene bij de jeugd. Toch ben ik weer minder talentvol dan Pieter van den Hoogenband en Inge de Bruijn. Ik moet er echt keihard voor werken.” Ze trainde tien keer per week twee uur, van 8 tot 10 uur en van 5 tot 7, plus drie uur krachttraining en soms looptraining. Trainen was, volgens haar, moeten en soms haast niet op te brengen. Maar toch vond ze het heerlijk. Als ze op vakantie ging en een maand niet trainde, deed alles pijn, ging ze zich vervelen en wilde ze weer graag het water in.
Toen ze de overstap maakte naar PSV in Eindhoven kwam de grote doorbraak en groeide ze uit tot een echte topper. Hierover zou ze later zeggen: “Ik wilde altijd voor mezelf laten zien wat ik kon. Ik vertrouwde op de schema’s van Jacco Verhaeren, waarbij het niet in de eerste plaats ging om de persoonlijke aandacht. Er trainde een grote groep toppers, waardoor je altijd ‘optrek’ had. En dat was een enorme stimulans".