Noord-Koninginnewal
Onderstaande foto past in de reeks die wij hier ‘verdwenen Helmond’ zouden willen noemen. Het betreft de twee panden van Jan van der Horst op de Noord-Koninginnewal nr. 53 en 55. De situatie ter plekke is sterk veranderd, maar door vergelijking van oude met nieuwe kaarten van Helmond kan men nog bepalen waar de panden gestaan hebben.
Nu loopt de Zuiderstraat slechts tot aan het Zuidende. Vroeger liep die door tot aan de Noord-Koninginnewal. Vanaf de Molenstraat tot aan de Zuiderstraat lag een straat die Laan Vredelust heette. Het Zuidende volgt de loop van Laan Vredelust, maar is doorgetrokken tot het Binderseind. Het laatste stuk van de Zuiderstraat tussen Laan Vredelust en Noord-Koninginnewal is vervallen. Daar staat nu de Ameideflat.
Schuin tegenover de plaats waar vroeger de Zuiderstraat op de Noord-Koninginnewal uitkwam, lagen de panden waarin Van der Horst zijn antiquiteiten- en meubelzaak had. Hoewel het dus duidelijk een meubelhal was, luidt de omschrijving in het kadaster ‘twee huizen, schuren, erf en fruitloods’. Op de kadasterkaart zijn het linker- en rechterpand ook als twee aparte panden getekend. De deur in het midden was blijkbaar oorspronkelijk een overdekte poort. De omschrijving is hetzelfde als in de tijd dat Godefridus Peels de panden bezat. In het ‘dienstjaar 1960’ kocht Van der Horst de panden van Peels. De aanduiding ‘dienstjaar’ betekent niet dat de panden exact in dat jaar verkocht hoeven te zijn. Het duidt het jaar aan waarop de gegevens in het kadaster zijn verwerkt. De werkelijke verkoop kan een tot twee jaar eerder zijn geweest. In het dienstjaar 1957 waren de panden samengevoegd en verbouwd nadat Peels de panden in het dienstjaar 1956 bij veiling had gekocht van Henricus van der Vorst. De familie Van der Vorst heeft in het linkse pand lang een groente- en fruitzaak gehad. Deze zaak wordt al genoemd op een kaart uit de jaren twintig van de twintigste eeuw. Henricus kreeg de twee panden bij de boedelscheiding van de bezittingen van zijn vader in het dienstjaar 1939. Vader Henricus was naast koopman ook postbode. Vader Van der Vorst kocht de panden in 1908. Kort tevoren waren de huizen gebouwd op het terrein van de boterfabriek van Prinzen en Van Glabbeek.
Collectie Regionaal Historisch Centrum Eindhoven.