Feest op Berenbroek.
In 2010 vierde de Helmondse wijk Brandevoort haar tienjarig bestaan. In die tien jaar verrees er ten zuiden van de spoorlijn, op voormalig grondgebied van Mierlo, een wijk met bijna 3.000 huizen en 8266 inwoners. In de buurt Berenbroek, het gebied ten noorden van de spoorlijn, staan maar 34 huizen waar zo’n 80 mensen wonen. Het is de bedoeling dat dit open gebied tussen spoorlijn en Helmondweg ook nog zal worden volgebouwd
Al in de veertiende eeuw wordt er een hoeve Berenbroek vermeld in het grensgebied van Mierlo met Stiphout en Nuenen. Broek in de namen Berenbroek en Kranenbroek verwijst naar moerassige grond. Het voorkomen van kraanvogels gaf Kranenbroek haar naam. Beren slaat echter niet op de dieren maar op modderige, slijkachtige grond. Het moet daar vroeger een nogal natte bedoening zijn geweest. De hoeve Berenbroek was eigendom van het Sint Jans Altaar in de kerk van Helmond. De inkomsten werden genoten door de priester die rector was van dat altaar. Na 1648 vervielen alle kerkelijke bezittingen aan de Staat en werd de hoeve aangeduid als de Lands Hoeve Berenbroek. In december 1703 raakte de hoeve beschadigd door “den swaren storm wint”. In 1735 werd de hoeve verkocht aan Jan Aarts van Hooff uit Mierlo. Rond 1785 wordt er een nieuwe boerderij bijgebouwd die via de familie van den Boomen in bezit kwam van Nicolaas Knoops. Zijn zoon Janus Knoops bouwde er later nog een nieuwe boerderij naast. De boerderij uit 1785 wordt in 1960 in het kader van de ruilverkaveling gesloopt. De oude hoeve Berenbroek was toen al verdwenen.
Uit het huwelijk van Janus Knoops met Mina van Deursen werden zeven kinderen geboren, waaronder de tweeling Thieu en Frans Knoops. Thieu, geboren op Berenbroek op 29 juli 1929 studeerde bij de paters kapucijnen in Langeweg bij Moerdijk. Op 2 augustus 1955 kreeg hij in Udenhout zijn priesterwijding. Vijf dagen later op zondag 7 augustus droeg hij zijn eerste mis op in de Sint Luciakerk van Mierlo-Hout. Het was niet alleen feest op Berenbroek, de hele parochie feestte mee. Vlaggen wapperden van vele huizen; de kerk en zijn ouderlijk huis waren prachtig versierd.
Op Berenbroek vertrok de stoet richting kerk voorafgegaan door de fanfare Unitas en de drumband. Daarna volgde een groot aantal bruidjes en misdienaars. Dan kwam de nieuw gewijde priester, die nu de naam pater Ferdinandus droeg, begeleid door zijn ouders, broers en zussen. Aan het eind van de stoet liepen andere familieleden, buurtbewoners en het feestcomité. De feestpredicatie werd gehouden door zijn heeroom, pater Natalus. De belangstelling in en rond de kerk was enorm. Na de mis vertrok de stoet weer naar Berenbroek waar pater Ferdinandus namens het feestcomité en de parochianen een miskoffer werd aangeboden. De fanfare en de zangvereniging Sint Cecilia luisterden de feestelijkheden op. Er volgde een druk bezochte receptie, waar burgemeester Krol namens het gemeentebestuur een envelop met inhoud aanbood. Het feest op Berenbroek werd nog geruime tijd voortgezet. Pater Ferdinandus vertrok naar Rome om te studeren; vier jaar later kwam hij terug naar Nederland waar hij in Enschede novice-meester werd. Zijn hartenwens om missiewerk te mogen doen, ging in 1963 in vervulling. Op 23 oktober van dat jaar vertrok hij naar Sumatra. Hij werd daar directeur van het grootseminarie in Pematang Siantar. Tijdens een rit op zijn motor verongelukte hij daar op 10 mei 1980. Op 16 mei werd ter zijner nagedachtenis een mis opgedragen in zijn geboortedorp Mierlo-Hout.
Bron: Regionaal Historisch Centrum Eindhoven.