Annexatie
Op 1 januari 1968 werd het Helmondse grondgebied fors uitgebreid door annexatie van grond van de gemeenten Aarle-Rixtel, Bakel, Deurne, Mierlo, Someren en Stiphout. Het argument voor die annexatie was dat de stad dusdanig gegroeid was dat uitbreiding op het eigen grondgebied niet meer mogelijk was. De wens tot annexatie was niet iets dat in de jaren zestig van de twintigste eeuw zo maar opkwam.
Al in 1923 nam de gemeente contact op met de provincie Noord-Brabant om uitbreiding van de stad te verkrijgen door toevoeging van grond van de gemeenten Stiphout, Mierlo, Aarle-Rixtel en Bakel. De provincie vond dat verwacht mocht worden dat de nijverheid in Helmond zich zou blijven uitbreiden en dat het goed was als bij die uitbreiding het verband tussen bevolking en bestuur bleef bestaan. Met andere woorden, dat de arbeiders niet in een dorp woonden terwijl ze in de stad werkten. Omdat Aarle-Rixtel en Bakel heftig protesteerden, stelde de provincie voor om alleen de gemeente Stiphout en het deel van Mierlo ten noorden van de spoorlijn bij Helmond te voegen. Dit vond de gemeente Helmond niet genoeg en het hele plan werd niet uitgevoerd.
Dat betekent niet dat het daarna stil werd rond Helmond. Begin 1940 was er zelfs al een ontwerp van wet klaar dat de gemeente Mierlo ophief en het grondgebied verdeelde over Helmond en Geldrop. Het uitbreken van de oorlog gooide roet in het eten en ook nu bleef Helmond zoals het al eeuwen was geweest. Na de oorlog begonnen de besprekingen opnieuw. In dat kader bezocht de minister van binnenlandse zaken dr. L. Beel met de commissaris van de koningin in Noord-Brabant prof. dr. J. de Quay op 26 november 1954 de gemeenten die bij de toekomstige annexatie betrokken waren. Om 11 uur werden de gasten ontvangen in het kasteel-raadhuis waar de bestuurders van Helmond mochten vertellen wat ze vonden van het plan dat op dat moment op tafel lag.
Het was een plan uit 1949 waar geen van de betrokken gemeenten mee instemde. In dat plan zou Helmond heel Stiphout, de parochie Mierlohout en Overbrug aan het grondgebied toegevoegd krijgen. Helmond vond dat veel te weinig. Dat had graag heel Stiphout, Mierlo en Aarle-Rixtel. En de andere betrokken gemeenten vonden iedere vierkante meter die naar Helmond zou gaan al te veel.
Bij zijn bezoek sprak de minister verschillende keren de verwachting uit dat de gemeentelijke herindeling nog anderhalf of twee jaar in beslag zou nemen. Het werden heel wat meer jaren en uiteraard werd gekozen voor een middenweg. Helmond kreeg niet meer van Stiphout, Mierlo en Aarle-Rixtel dan in het plan Buskens van 1949 stond, maar de gemeenten Bakel, Deurne en Someren waren nu ook de klos.
Voor de burgemeester van Aarle-Rixtel was het bezoek van Beel en De Quay een beetje sneu. Hem was verzocht om op de grens van de gemeente de beide heren op te wachten. Hij stond dan ook op de grens met Helmond, maar toen de stoet van wagens de Aarlese grens op de Kanaaldijk passeerde, zag de minister de dappere maar kleine burgemeester niet staan. De auto’s passeerden hem met grote snelheid en reden naar Aarle-Rixtel … zegt de Helmondse Courant in het verslag van die dag.
Bron: Regionaal Historisch Centrum Eindhoven.