Den boer had maar enen klomp
Dat moet beroerd geweest zijn voor de brave landman, want klompen waren onlosmakelijk verbonden met het leven op het platte land en het werk op de boerderij. Ze slijten echter snel zodat men zich regelmatig een nieuw paar moest aanschaffen.
Het hout van de populier leent zich het best voor het vervaardigen van klompen en met deze boom zijn de Kempen goed bedeeld. De klomp moet goed passen zodat je er probleemloos mee kunt lopen en werken. Ze werden vroeger met de hand gemaakt en later, na 1920 geheel automatisch. Met de komst van de rubber laars, ironisch genoeg ook in de jaren 1920, werd helaas de klomp vrijwel geheel verdrongen.
Nergens werden er in Nederland zoveel klompen gemaakt als in Best. Het klompenmakers-geslacht Van Laarhoven maakte ze sinds 1898. Toen de vraag naar de houten schoenen terugliep door het verschijnen van de laars, werd het oude ambacht van de klompenmaker een folkloristische bezienswaardigheid. De gebroeders Martien, Wim en Harry van Laarhoven hadden er zoveel liggen dat ze in 1981 besloten van hun klompenmakerij een klompenmuseum te maken. Ze gaven het de naam “de Platijn”. Natuurlijk was er voorzien in een klein winkeltje waar ze klompen verkochten. De broers ontvingen er gasten uit heel Europa, de Verenigde Staten, Canada, Australië en Japan. In de oude klompenmakerij lieten ze de ambachtelijke wijze van het klompenmaken zien, maar er werden ook demonstraties gegeven met de eerst ontwikkelde klompenmachine uit 1920.
Het klompenmuseum "De Platijn" bevond zich op de Broekdijk. Na ruim 25 jaar kreeg men te maken met financiële problemen. Er werden plannen gemaakt om “de Platijn” op te nemen in het recreatiepark BestZoo. In 2008 werd echter medegedeeld dat het museum in geen geval zou verhuizen. Het werd opgeheven.
Ga voor een goed onderhouden site over het ambachtelijk klompen maken naar http://www.klompenmaken.nl/ .