Een vergeten natuurparel.
In november 2012 verscheen het boek: “Niet zomaar een bos…!!”. Zeventien jaar onderzoek gingen vooraf aan deze publicatie. Dat onderzoek speelde zich af in het Coovelsbos in Helmond.
Het Coovelsbos lag ooit in de gemeente Mierlo, maar bij de annexatie van 1968 kwam het in Helmond te liggen. Het bos was ooit groter; de aanleg van de Helmondweg heeft er een flink stuk vanaf gesneden. Het bos dankt zijn naam aan de familie Coovels. Op 16 juli 1819 vond er een verkoop plaats voor notaris Jan Smits in Tongelre. Smits was eerst notaris geweest in Mierlo en daarom gingen veel Mierlose mensen nog naar deze notaris. Elart Albert Roovers uit Eindhoven verkocht toen “een schaarbosch gelegen te Mierlo op het Hout” aan koopman Petrus Coovels. Dat bos was circa 10 hectare groot. De koopprijs bedroeg 2.600 gulden. Een schaarbos bestaat uit lage houtgewassen die van tijd tot tijd worden gekapt. Al meteen na de aankoop gaat Petrus Coovels over tot aanplant van bomen. In het familiearchief Coovels is nog een aantekenboekje bewaard waarin bedragen staan die aan arbeiders zijn betaald. Bij de opgave van onkosten zien we wat voor bomen er werden aangeplant, en dat waren er niet weinig. Al op 29 november 1819 werden er 400 beuken geplant. In maart 1820 ging men pas echt aan de slag: 3.100 elzen, 250 berken, 4.480 eiken, 14 Italiaans populieren, 41 kanidassen, 1375 beuken, 160 witbomen, 56 wilgen en nog een combinatie van 1.200 beuken en elzen. Dat moet na jaren een prachtig bos zijn geworden. In het bos had de familie ook een zomerhuis, maar het bos was niet alleen om te recreëren, het diende ook als productiebos. In 1876 werd een advertentie geplaatst voor de verkoop van 63 eikenbomen “staande in den laan en op den wal in ons Bosch op het Hout”. Men wilde er 2.000 gulden voor hebben en er waren diverse geïnteresseerden. In 1876 erven Petronella en Paulina Coovels van hun ouders onder andere het bos.
Op 25 maart 1918 werd begonnen met het afkappen van het schaarhout van de verkochte bomen door twee gronddelvers. Op 27 maart laten die arbeiders weten aan Mr. Gerard Coovels dat zij voor 4 cent niet konden werken. Daags erna werd afgesproken dat ze 6 cent per meter konden verdienen. Het schaarhout was voor de werkers, de wortels en puisten waren voor Coovels. In mei 1918 was er een hectare omgewerkt; de kuilen werden gedicht met ingebrachte grond en daarna werd alles met graszaad ingezaaid. Op het eind van het jaar was alles klaar. In 1927 werd het bos verkocht aan houtzagerij en houthandel Felix Clercx. Het Helmonds Dagblad kopt op 9 maart 1972 met “In Memoriam voor een bos”. Het bijna ondoordringbare bos werd een open vlakte met dode takken en gevelde bomen. Buiten de bebouwde kom had het gemeentebestuur geen zeggingschap over het kappen van bomen. Staatsbosbeheer leverde een kapvergunning omdat het bos geen natuurbescherming genoot. Er was wel een herplantplicht opgelegd. Sindsdien heeft het bos zich ontwikkeld tot een natuurparel. Zeldzame flora met Slanke Sleutelbloem en Gevlekte Orchis is er te vinden. Maar het meest opvallende is toch wel de rijkdom aan paddenstoelensoorten. Bijna 2.000 soorten zijn er gevonden, waarvan tenminste 350 soorten die niet eerder in ons land werden waargenomen. Zelfs een nog nooit eerder gevonden slijmzwam werd geregistreerd: het “Ovaal holsteeltje”, een unicum op wereldschaal.
De foto is in 1910 gemaakt in het Coovelsbos, met zittend Paula Coovels, staand in het midden Louise Coovels.
Bron: Regionaal Historisch Centrum Eindhoven. Fotograaf onbekend.