Het traditionele Brabantse gezin in de 17de en 18de eeuw
Over het traditionele Brabantse plattelandsgezin in de 17de en 18de eeuw bestaan enkele hardnekkige misverstanden. Zo was dit gezin gemiddeld niet groot: twee ouders, twee à drie kinderen, soms een inwonende oom of tante. Wel werden er meer kinderen geboren, maar omdat er ook veel kinderen al heel jong stierven, vaak al tijdens of meteen na de geboorte, bleef het kindertal klein. Ook lag de leeftijd, waarop men trouwde, hoog: meestal rond het dertigste levensjaar. Dat kwam, omdat het huwelijk vóór alles een economische eenheid was. Dat betekende dat er pas getrouwd kon worden, als er voldoende economische basis was: een eigen bedrijf, een een vaste baan of andere inkomsten die, ook op lange termijn, voldoende zekerheid boden. Omdat dit heel vaak niet het geval was, trouwden veel mensen niet en bleven vrijgezel. Zij bleven vaak bij hun ouders wonen of trokken in bij een broer of zus die wel getrouwd was. Omdat de schrale zandgronden alleen met hard werken voldoende opleverden om van te leven, moesten alle gezinsleden, ook de kinderen en de inwonende broer of zus, hun bijdrage aan de gezinseconomie leveren.
Gezin in een boerenwoning te Hoogeloon, prent van 1850-1865
Bronvermelding: RHCe, THA, objectkenmerk 0023658