Uitgaansstad
Het Eindhovense uitgaansleven anno 1972 laat zien dat de Eindhovenaar wel van uitgaan en feesten houdt. De binnenstad verandert op gezette tijden in een gezellige boel, door carnaval, kermis, muziek- en dansfestivals en zo nu en dan een kampioenschap.
Eindhoven vaart er wel bij en de gemeente prijst zichzelf gelukkig. Deze opvatting was pakweg een eeuw geleden nog ondenkbaar. De fabrikanten plukten de zure vruchten van al dat gefeest. Het personeel werkte dan niet en ook de dagen erna was de productie navenant. Met name kermissen waren hun een doorn in het oog: ‘Dronkenschap en losbandigheid worden bevorderd en den weg tot armoede geopend. Afschaffing zou ‘eenen stap op den weg naar beschaving en economie’ betekenen. Dat het uitgaansleven nu een economische factor van betekenis is geworden kon de fabrikant van toen niet bevroeden.